Mensen maken de samenleving!

Doel 1: Inwoners leven in een gezonde leefomgeving

Dit doel is gekoppeld aan het volgende maatschappelijke effect:

Inwoners ervaren hun gezondheid en veerkracht als voldoende om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven om te gaan

Aan dit maatschappelijk effect zijn nog twee andere doelen gekoppeld die onder een andere opgave vallen, namelijk:

  • Inwoners hebben dezelfde rechten en kansen om mee te doen (opgave Kansengelijkheid)
  • Inwoners hebben een veilige thuissituatie (opgave Bestaanszekerheid)
IndicatorNulmeting 2025Streefwaarde 2028    Monitoring/bron
% inwoners dat de beweegnorm haalt43,9 %45,0 %Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2022
% inwoners dat de eigen gezondheid als goed ervaartJongeren:76% ( 2023) Jongvolwassenen :        65% ( 2024) Volwassenen: 75% ( 2022) Ouderen : (66 %) ( 2022)Jongeren 77% Volwassenen 72% Jongvolwassenen: 66 % Ouderen: 67%Gezondheidsmonitor GGD.

1.1 Meer inwoners halen de beweegnorm

Een belangrijke bijdrage aan het behalen van een gezonde leefstijl wordt geleverd door het beweeggedrag. Het plezier, de competitie en de sociale contacten vormen voor velen de motivatie om wekelijks actief bezig te zijn. Het ondersteunen van sportactiviteiten is traditioneel een taak van de gemeente, waarbij bewegen in de openbare buitenruimte steeds nadrukkelijker wordt gestimuleerd. De positieve effecten van sport en bewegen gelden voor iedereen. Regelmatige lichaamsbeweging verkleint het risico op chronische aandoeningen, vermindert de kans op blijvend letsel na een val en versterkt het gevoel van welzijn en voldoening. Daarnaast kan sport en bewegen worden ingezet ter bevordering van sociale inclusie en cohesie. Door projecten om inwoners kennis te laten maken met beweegactiviteiten, ondersteuning aan beweegaanbieders, interventies, waarbij door bewegen wordt bijgedragen aan gezondheidswinst en het realiseren van goede en voldoende sport- en beweegaccommodaties, wordt bijgedragen aan het vergroten van het aantal bewegende inwoners.


Het Sportbeleidsplan 2018-2021 genaamd ‘Dronten in beweging’ is na afloop overgegaan in het Lokaal Sportakkoord. Dit is een samenwerkingsakkoord tussen de gemeente, sportaanbieders en andere partijen die bijdragen een goed beweegmilieu.

1.1.1 Probleemanalyse

In 2023 voldeed 45% van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder aan de Beweegrichtlijnen. Hoewel dit getal de laatste jaren redelijk stabiel is, neemt hij over een langere periode gezien af. De beweegnorm voor kinderen van 4 tot 18 jaar is als volgt:

  • Minstens één uur per dag matig of zwaar intensieve inspanning;
  • Minstens drie keer per week spier- en botversterkende activiteiten.

Volwassenen en senioren kennen een andere eis om aan de beweegrichtlijnen te voldoen:

  • Minstens 150 minuten per week matig of zwaar intensieve inspanning, verspreid over meerdere dagen; 
  • Minstens twee keer per week spier- en botversterkende activiteiten, voor senioren aangevuld met balansoefeningen.

Het aantal volwassenen dat in Dronten aan de beweegnorm voldoet (43,9%) is lager dan het landelijke beeld (47,5%). De verklaring hiervoor is niet bekend. Mannen voldoen vaker aan de beweegrichtlijn dan vrouwen. Dit verschil is vooral toe te schrijven aan de lagere score van vrouwen op het onderdeel zwaar intensieve inspanning.

Een andere indicator voor het beweeggedrag is het sportlidmaatschap. Er kan hierbij op twee manieren gemeten worden, te weten de feitelijke lidmaatschapscijfers of via vragenlijsten. Bij deze laatste categorie is één keer in de week sporten de ondergrens. Het aantal volwassenen in Dronten dat lid is van een sportvereniging (56,8%) is aanzienlijk hoger dan het landelijk gemiddelde (48,6%), bij zowel mannen als vrouwen. Vrouwen zijn zo’n 25% minder vaak lid van een sportvereniging dan mannen.

Uit landelijk onderzoek blijkt dat het niet halen van de beweegnorm door een combinatie van factoren komt, zoals omgevingsfactoren, maar ook gedragsfactoren. Studies tonen aan dat een gebrek aan toegankelijke en beweegvriendelijke infrastructuur, zoals veilige fiets- en wandelpaden, fysieke activiteit belemmert.[1]  Tegelijkertijd leidt een toenemende mate van zittend werk en technologiegebruik er toe dat Nederlanders minder bewegen. Sociale factoren, zoals tijdgebrek door werkdruk en een gebrek aan motivatie, blijken eveneens een belangrijke barrière voor regelmatige beweging. Samen zorgen deze factoren ervoor dat de beweegnorm door een groot deel van de bevolking niet wordt gehaald.[2]

Uit onderzoeken blijkt dat kinderen minder lenig zijn, minder kracht hebben en de balanceervaardigheden ‘echt achteruit gaan’ dan een generatie terug. Een belangrijke oorzaak is dat kinderen steeds minder naar buiten gaan. Dat komt ook doordat er steeds minder ruimte is om te bewegen. Landelijk gezien haalt circa 40% van de jeugd de beweegrichtlijnen niet, een op de tien kinderen speelt nooit buiten.  Voor Dronten zijn geen actuele cijfers beschikbaar, maar wij doen de aanname dat deze in lijn zullen zijn met de landelijke cijfers.

Deze achterstand blijft het hele leven bestaan; kinderen die nu meer bewegen gaan op latere leeftijd ook meer bewegen. Dat draagt positief bij aan het voorkomen van chronische ziekten. Fysieke activiteit speelt niet alleen een cruciale rol in de lichamelijke gezondheid van kinderen, maar heeft ook een aanzienlijke impact op hun taalontwikkeling en in de sociale vaardigheden.
Hoewel voor de bovenstaande uitdaging niet altijd concrete Drontense gegevens beschikbaar zijn, laten zowel de lokale als de landelijke cijfers zien dat er ruimte is voor verbetering. Niet zozeer omdat we laag scoren, of zelfs maar lager dan referentie gemeenten of regio’s, maar meer omdat we ernaar streven dat iedereen in beweging is. En dat deze doelstelling niet zo maar gerealiseerd is, is ons ook duidelijk. Dat ontslaat ons echter niet aan de verantwoordelijkheid en de ambitie om hier wel naartoe te willen groeien.

[1] Sallis, J. F., et al. (2016). Physical activity and built environment relationships: A systematic review.
[2] Rütten, A., & Pfeifer, K. (2016). National recommendations for physical activity: Determinants and barriers.

1.1.2 Onderbouwing van de aanpak

Drontenaren in beweging
In samenwerking met het ruimtelijke domein proberen wij in de fysieke buitenruimte bij te dragen aan een omgeving die bijdraagt tot beweging, door middel van bijvoorbeeld de aanleg van ondermeer goede fietspaden en wandelroutes.

Vele sportaanbieders, scholen, welzijnsorganisaties en eerstelijns zorg (zoals fysiotherapeuten en huisartsen) zijn dagelijks bezig om beweging in te zetten om de positieve gezondheid van Drontenaren te verbeteren.  Ondanks deze inzet, zien we ook dat het helaas niet lukt om iedereen te bereiken en te enthousiasmeren. Door middel van gericht aanbod richten wij ons op moeilijk bereikbare groepen. Zo wordt onder andere via valpreventie-projecten ingezet op het voorkomen van problemen door vallen door ouderen. Speciaal voor de jongeren zijn jongerenwerkers actief en een koppeling tussen de wijk, onderwijs en de sportvereniging wordt verzorgd door de buurtsportcoaches.

Voor de inwoners die vanwege budgettaire redenen niet mee kunnen doen met georganiseerd sportaanbod wordt de Pas van Dronten ingezet. Inwoners met een laag inkomen krijgen een tegoed op hun Pas van Dronten. Dit tegoed kunnen zij verzilveren bij een sportclub of culturele vereniging.

Daarnaast zijn er diverse subsidiemogelijkheden om de inactieve Drontenaren in beweging te brengen. Innovatieve beweegprojecten kunnen een financiële bijdrage ontvangen vanuit het Lokaal Sportakkoord. Voor evenementen die gericht zijn op sport en bewegen is een aparte subsidieregeling beschikbaar. Daarnaast zijn er vanuit het Landelijke Sportakkoord soms scholingen of beleidsondersteuningstrajecten te verkrijgen, die het bijvoorbeeld sportaanbieders makkelijker maakt om vernieuwend sportaanbod te realiseren.

Sportaccommodaties op orde
Het motiveren van alle inwoners om in beweging te komen, kan niet zonder een goed accommodatiebeleid. De beschikbaarheid van een accommodatie en de kwaliteit ervan bepalen voor een grote mate het beweeggedrag. De intrinsiek gemotiveerde sporters zijn eerder geneigd om verder te reizen en genoegen te nemen met een kwalitatief mindere accommodatie. Maar juist de groep die twijfelt om te gaan bewegen valt hierdoor af. Het is hierbij goed om te beseffen dat voor de sportaccommodaties niet alleen gekeken moet worden naar bijvoorbeeld voetbalvelden en tennisbanen. De meerderheid van de sporters is actief in de openbare buitenruimte. Ditzelfde gaat op voor de grootste groep die voldoet aan de beweegrichtlijnen. Door deze aantrekkelijk in te richten wordt de drempel om te gaan bewegen verlaagd.
Het aanleggen en onderhouden van sportaccommodaties is geen wettelijke taak. Toch hechten wij er waarde aan deze rol wel op te pakken. We doen dit voor sporttakken die op basis van landelijke cijfers niet in staat zijn om dat zelf te doen. De accommodaties worden aangelegd om aan een bewezen behoefte te voldoen. Dit vindt vervolgens plaats op basis van de eisen en richtlijnen van de verschillende sportbonden. Het onderhoud is erop gericht dat de kwaliteit van de sportaccommodaties zo lang mogelijk aan deze eisen en richtlijnen blijft voldoen en uitnodigt om gebruik te maken van de sportfaciliteit. Indien de sportaanbieder twijfels heeft over de kwaliteit of capaciteit gaan wij met hen in gesprek om deze twijfels verder in kaart te brengen en te verkennen of en op welke wijze deze weggenomen kunnen worden.

Er ligt wel een wettelijke taak om te zorgen voor binnensportaccommodaties ten behoeve van het bewegingsonderwijs van scholen.

Vitale verenigingen
Sportaanbieders, zowel stichtingen als verenigingen en commerciële aanbieders, vormen samen een onmisbaar netwerk van organisaties. Ieder draagt vanuit haar eigen kwaliteiten en ambities bij aan de doelstellingen die wij als gemeente voor ons sport- en gezondheidsbeleid hebben opgesteld. De sportaanbieder is hierbij zelf verantwoordelijk voor de keuzes die zij in haar bedrijfsvoering maakt. Er wordt momenteel onderzocht of, conform de motie van de gemeenteraad, en op welke wijze invulling gegeven kan worden aan een verenigingsondersteunings-centrum (VOC). Dit VOC zou een pro-actieve rol moeten pakken als het gaat om het ondersteunen van verenigingen en moet voorkomen dat veel verenigingen ‘het wiel opnieuw uit moeten vinden’. Door kennis over bijvoorbeeld een veilige sportomgeving, gezonde sportkantines, vrijwilligersbeleid, goed bestuur en ledenbinding op een plek samen te brengen wordt het makkelijker voor de sportvereniging om kennis te vergaren en haar werk als sportaanbieder op een goede wijze te vervullen.

ResultaatIndicator op resultaatBron
 Een stijging van het aantal inwoners dat een actieve leefstijl kentAfspraken met maatschappelijke partners
Een stijging van het aantal volwassenen dat een actieve leefstijl kent door een lidmaatschap van een sportvereniging% volwassenen dat aangesloten is bij een sportverenigingCijfers van sportverenigingen
Een stijging van het aantal kinderen dat een actieve leefstijl kent door een lidmaatschap van een sportvereniging% jeugd dat aangesloten is bij een sportvereniging of sportschoolCijfers van sportverenigingen

1.2 Meer inwoners ervaren de eigen gezondheid als goed

De ervaren gezondheid wordt bepaald door een breed scala aan factoren. In landelijke gezondheidsmonitors worden onder andere angst en depressie, stress, lengte en gewicht, roken, eenzaamheid, mantelzorg, suïcidegedachten en vrijwilligerswerk meegenomen als bepalende elementen. GGD Flevoland voert deze monitors op lokaal niveau uit als taak uit de wet Publieke Gezondheid.

Uit het hoofdrapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2024 van het RIVM komen vijf belangrijke landelijke gezondheidsopgaven naar voren:

  1. Vergrijzing – De vergrijzing blijft de belangrijkste maatschappelijke ontwikkeling voor de volksgezondheid.
  2. Gezondheidsverschillen – De grote verschillen in gezondheid tussen bevolkingsgroepen vormen een tweede urgente opgave.
  3. Ongezonde leefstijl en mentale problemen – Jongeren vertonen een steeds ongezondere leefstijl en kampen vaker met mentale gezondheidsproblemen.
  4. Toegankelijke en kwalitatieve zorg – De vraag naar zorg neemt toe, terwijl personeelstekorten blijven groeien. Hoe we goede zorg kunnen blijven leveren, is daarmee een grote uitdaging.
  5. Gezonde leefomgeving – De inrichting van onze leefomgeving moet bijdragen aan gezondheid en beter bestand zijn tegen de gevolgen van klimaatverandering.

Positieve Gezondheid als leidraad
In de gemeente Dronten werken wij vanuit het gedachtegoed van Positieve Gezondheid. Dit betekent dat we gezondheid niet enkel zien als de afwezigheid van ziekte, maar breder kijken naar het totale welzijn van onze inwoners. De focus ligt op de veerkracht van mensen en hun vermogen om regie te voeren over hun eigen leven, ook wanneer zij geconfronteerd worden met chronische aandoeningen of andere gezondheidsproblemen.

Wij werken het doel dat meer inwoners hun eigen gezondheid als goed ervaren verder uit langs drie belangrijke lijnen:

  • Het bevorderen van een gezonde leefstijl
  • Het ondersteunen van gezond ouder worden
  • Het creëren van een gezonde leefomgeving

Gezonde leefstijl
Een gezonde leefstijl zien wij als een leefstijl waarbij mensen bewuste keuzes maken op het gebied van voeding, beweging, slaap, middelengebruik en mentaal welzijn, zodat deze bijdragen aan de gezondheid en het verminderen van risico’s op ziekten. In de probleemanalyse wordt een beeld geschetst van de grootste opgaven en aspecten waar wij komende jaren actief op ingaan zetten.

Gezondheidsverschillen probleemanalyse
Gezondheidsverschillen zijn verschillen tussen groepen mensen qua levensverwachting, aantal gezonde jaren en ervaren gezondheid. Er zijn veel factoren van invloed op deze gezondheidsverschillen. Een van die factoren is de sociaaleconomische status. Indicatoren voor de sociaaleconomische status zijn: opleiding, beroep en inkomen. Daar worden omgeving, welvaart en vermogen vaak aan toegevoegd. Uit de beschikbare data voor Dronten zien we bijvoorbeeld dat in Dronten West 76% van de inwoners dat de eigen gezondheid als goed ervaart, terwijl in Dronten Noord slecht 67% van de inwoners de eigen gezondheid als goed ervaart. Dit betekent dat er een verschil is van 9% in het percentage inwoners dat hun gezondheid als goed ervaart tussen deze twee wijken op een relatief kleine afstand. Wij vinden het onwenselijk dat deze verschillen bestaanen willen er op inzetten dat deze cijfers gelijk blijven en waar mogelijk de verschillen afnemen.

Hieronder vind je jouw tekst herschreven in de stijl van een beleidsmatige paragraaf, passend bij het gedachtegoed van OKO en bij bredere gezondheidsprogramma’s gericht op preventie, monitoring en kansengelijkheid. De toon is verbindend, actiegericht en onderbouwd.

Gezondheidservaring onder druk: investeren in behoud én gerichte verbetering
De ervaren gezondheid van inwoners staat onder druk. In de afgelopen jaren is het percentage mensen dat hun gezondheid als (zeer) goed ervaart gedaald. De meest opvallende terugval deed zich voor in de periode 2020–2022, tijdens de coronacrisis. Deze trend vraagt om gerichte inzet.

Door nu te investeren in het behouden van de huidige cijfers en tegelijkertijd te werken aan een lichte verbetering, zetten we een belangrijke stap in het afvlakken van de negatieve lijn. Zelfs een stabilisatie in deze cijfers is, gezien de landelijke daling, een waardevolle ontwikkeling.

Tegelijkertijd zien we dat jongvolwassenen extra aandacht verdienen. Cijfers laten zien dat juist deze groep in toenemende mate hun gezondheid als onvoldoende ervaart. Dit vraagt om gerichte interventies en ondersteuning, afgestemd op hun leefwereld en behoeften. Denk hierbij aan mentale weerbaarheid, sociale verbondenheid, een gezonde leefstijl en toekomstperspectief.

Door in te zetten op maatwerk, preventie en collectieve benaderingen rondom deze groep, ontstaat er ruimte om hun gezondheidsperceptie én daadwerkelijke gezondheid te versterken. Deze inzet past binnen het bredere streven naar een gezonde, kansrijke omgeving voor álle inwoners.

Mentale gezondheid bevorderen probleemanalyse
Uit de Gezondheidsmonitors van GGD Flevoland en gesprekken met maatschappelijke partners blijkt dat mentale gezondheidsproblemen onder inwoners toenemen. Partners maken zich zorgen over de gevolgen op de langere termijn. Jongeren ervaren minder levenstevredenheid dan in voorgaande jaren; in 2023 gaven zij hun leven gemiddeld een 7,4, lager dan in 2017. Belangrijke oorzaken zijn stress door school en problematisch gebruik van sociale media. Ook volwassenen ervaren meer mentale klachten, zoals langdurige werkstress, burn-out en depressie, vooral sinds de coronapandemie. Het mentale welzijn van zowel jongeren als volwassenen staat structureel onder druk. Zonder tijdige preventie en ondersteuning dreigt de druk op zorg en samenleving verder toe te nemen.

Suïcidepreventie probleemanalyse
In 2023 overleden in Nederland 1.862 mensen door suïcide, wat neerkomt op een landelijke sterftecijfer van ongeveer 10 per 100.000 inwoners. In Flevoland heeft 5% van de jongeren in de afgelopen 12 maanden vaak serieus overwogen een einde aan hun leven te maken. Hoewel er geen specifieke cijfers voor Dronten beschikbaar zijn, wijzen deze regionale gegevens op een zorgwekkende situatie.

De belangrijkste risicofactoren zijn onder andere psychische klachten, eenzaamheid, financiële onzekerheid en de nasleep van de coronapandemie. Daarnaast is er een gebrek aan laagdrempelige ondersteuning en blijft het onderwerp vaak onbespreekbaar. Zonder gerichte interventies bestaat het risico dat de mentale gezondheid verder verslechtert, met alle gevolgen van dien voor de betrokkenen en hun omgeving.

Het is daarom van groot belang dat de gemeente Dronten samen met zorg- en welzijnspartners inzet op preventie, vroegtijdige signalering en het bespreekbaar maken van suïcide. Door deze aanpak kan de gemeente bijdragen aan het voorkomen van suïcides en het verbeteren van het mentale welzijn van haar inwoners.

Gezondheid bevorderen jongeren: De gezonde generatie in 2040
het bevorderen van een gezonde generatie een bredere doelstelling die we nastreven met verschillende maatregelen. Dit gaat verder dan alleen het rookvrije beleid en richt zich op het ondersteunen van jongeren in het maken van gezonde keuzes op het gebied van voeding, beweging, slaap en mentaal welzijn. De afspraken voor 2040 bevatten ambitieuze doelen om de gezondheid van toekomstige generaties te verbeteren en chronische ziektes te voorkomen door preventie en gedragsverandering te stimuleren.

Probleemanalyse gewicht
Overgewicht onder jongeren is een groeiend en hardnekkig probleem. In Dronten heeft 59% van de volwassenen matig tot ernstig overgewicht – het hoogste percentage in Flevoland. Ook onder jongeren nemen risicofactoren toe: ze bewegen te weinig, eten ongezond en het aantal jongeren met overgewicht stijgt. Landelijk kampt al 14,2% van de 4- tot 17-jarigen met overgewicht, waarvan 3,6% met obesitas.

Het probleem is niet alleen fysiek, maar ook sociaal en psychisch. Jongeren met overgewicht hebben vaker last van pestgedrag, een lager zelfbeeld en mentale klachten. Bovendien is het risico sterk ongelijk verdeeld: jongeren uit gezinnen met financiële stress, lage sociaaleconomische status of ouders met overgewicht hebben twee tot drie keer zoveel kans om zelf overgewicht te ontwikkelen.

Zonder gerichte inzet op jonge leeftijd stapelen de gezondheidsachterstanden zich op, met langdurige gevolgen voor gezondheid, welzijn en gelijke kansen. Volgens het RIVM en de WHO is vroege preventie effectiever, duurzamer en goedkoper dan later ingrijpen.

Daarom kiest Dronten voor een gerichte, preventieve aanpak bij kinderen en jongeren: om structurele ongelijkheid te doorbreken en te investeren in een gezonde toekomst.

Alcoholgebruik onder jongeren in Dronten
Alcoholgebruik onder jongeren blijft een belangrijk aandachtspunt. Uit de Gezondheidsmonitor Jeugd blijkt dat in Dronten 26% van de jongeren in de afgelopen vier weken alcohol heeft gedronken en 14% dronken of aangeschoten is geweest.

Hoewel het gebruik van lachgas afneemt en cannabisgebruik stabiel blijft, valt op dat alcohol nog vaak sociaal geaccepteerd is, zowel onder jongeren als in hun omgeving. Veel drinken gebeurt ‘achter de voordeur’, bijvoorbeeld in schuren of caravans, vaak met instemming van ouders. Deze faciliterende rol maakt signalering en gedragsverandering complex.

Evenementen zoals de Meerpaaldagen bieden kansen voor signalering én het gesprek met jongeren over alcoholgebruik. Naast jongeren zelf speelt ook de omgeving – ouders, school, vrienden – een belangrijke rol in normstelling.

De gemeente richt zich op het voorkómen van problematisch gebruik, het verhogen van bewustzijn en het normaliseren van verantwoord alcoholgebruik. Alcoholpreventie is integraal onderdeel van de bredere aanpak gezonde leefstijl en vraagt om langdurige, samenhangende inzet.

Samenhang met het preventie- en handhavingsplan
De gemeente beschikt over een vastgesteld preventie- en handhavingsplan alcohol (PHP), zoals verplicht onder artikel 43a van de Alcoholwet. Hierin zijn beleidsdoelstellingen opgenomen gericht op zowel proces als gedrag:

  • Procesdoelen:
    • Samenwerking tussen alle relevante organisaties in de aanpak van middelengebruik.
    • Aanscherping van de handhaving op verkoop en gebruik van alcohol onder jongeren.
    • Regionale afstemming van handhavingsnormen.
  • Gedragsdoelen:
    • Vermindering van binge drinken onder jongeren.
    • Stabilisering van overmatig alcoholgebruik onder volwassenen.

Het streven naar een rookvrije generatie is een belangrijke afspraak die is vastgelegd in het Nationaal Preventieakkoord, met als doel in 2040 een rookvrije generatie te realiseren. Dit houdt in dat jongeren vanaf 2040 niet meer beginnen met roken en dat de tabaksindustrie steeds minder invloed heeft op de samenleving. Door roken uit het straatbeeld te verwijderen en door middel van voorlichting, stoppen-met-roken-begeleiding en rookvrije publieke ruimtes, werken we gezamenlijk naar een gezondere toekomst voor de volgende generaties.

Gezond ouder worden probleemanalyse
De vergrijzing in Dronten is een feit en kent kenmerken van dubbele vergrijzing: zowel het totale aantal ouderen groeit als het aantal zeer ouderen neemt toe. De groep 65-plussers steeg van 6.466 in 2020 naar 6.745 in 2022, en in 2025 wordt een verdere toename tot 8.384 ouderen verwacht. Tegelijkertijd stijgt de kwetsbaarheid onder ouderen, vooral bij 80-plussers – zij zijn drie keer zo vaak kwetsbaar als 65- tot 79-jarigen. Ook de toename van dementie vraagt aandacht: in Flevoland wordt in 2024 gerekend op 11.000 mensen met een vorm van dementie.

Een specifiek en urgent aandachtspunt is valpreventie. Elke vier minuten belandt in Nederland een oudere op de Spoedeisende Hulp na een val. Voor veel ouderen vormt dit het begin van een neerwaartse spiraal van letsel, verminderde mobiliteit, sociaal isolement en verlies van zelfstandigheid. In Dronten vallen naar schatting jaarlijks ruim 2.700 ouderen, waarvan ongeveer 2.180 een verhoogd valrisico hebben. Door de dubbele vergrijzing zullen deze aantallen de komende jaren toenemen, wat leidt tot hogere zorgkosten, meer beroep op Wmo en mantelzorg, en een afname van de ervaren gezondheid.

De gemeente Dronten herkent deze ontwikkeling en beschouwt dit als een maatschappelijke opdracht. Valpreventie is een wettelijke taak onder de Wet publieke gezondheid (artikel 2) en valt binnen het landelijke Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). De urgentie, schaal en preventieve mogelijkheden maken dat de gemeente hier stelling in neemt: wij vinden het onacceptabel dat zoveel ouderen letsel en verlies van zelfstandigheid oplopen door iets wat in veel gevallen te voorkomen is

Gezonde leefomgeving probleemanalyse
De fysieke leefomgeving ook een aanzienlijke invloed op de gezondheid van onze inwoners. Het RIVM heeft aangetoond dat er verschillende interventies nodig zijn om een gezonde leefomgeving te waarborgen. Een voorbeeld is de noodzaak van een hitteplan. Door de toenemende frequentie van hittegolven als gevolg van klimaatverandering, is het belangrijk om de risico’s voor kwetsbare groepen te beperken en gezondheidsproblemen door overmatige hitte te voorkomen.

Ook is er een zorgwekkende trend in de aantallen huidkanker, die de laatste decennia sterk zijn gestegen door verhoogde blootstelling aan UV-straling. Dit heeft aanzienlijke gezondheidsimplicaties, aangezien 75.000 mensen jaarlijks ziek worden door huidkanker, wat vraagt om gerichte preventieve maatregelen, zoals voorlichting en bescherming tegen UV-straling.

1.2.1 Onderbouwing van de aanpak

De gemeente Dronten sluit aan bij de landelijke gezondheidsdoelen zoals vastgelegd in het Nationaal Preventieakkoord en de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. Deze doelen onderstrepen het belang van preventie en het terugdringen van risicofactoren zoals overgewicht. De inzet op een gezonde leefstijl is een gemeentelijke opgave die raakt aan meerdere beleidsterreinen: van zorg en welzijn tot armoede, onderwijs en ruimtelijke inrichting.

Gezondheid wordt in belangrijke mate bepaald door de leefomgeving en door sociale en economische omstandigheden. We zien dat een ongezonde leefstijl vaak samenhangt met factoren als stress, financiële onzekerheid, beperkte gezondheidsvaardigheden en een ongunstige woonomgeving. Daarom richten we ons niet alleen op individueel gedrag, maar ook op het versterken van de sociale basis, het creëren van een gezonde fysieke leefomgeving en het verbeteren van toegang tot kennis en ondersteuning.

Als gemeente hebben wij de verantwoordelijkheid om voorwaarden te scheppen waarin gezonde keuzes ook de makkelijke keuzes worden. We investeren daarom in preventieve interventies, bewustwording, leefstijlondersteuning en domeinoverstijgende samenwerking. Daarbij werken we samen met onder andere scholen, sportaanbieders, de GGD, huisartsen, wijkteams en welzijnsorganisaties.

Binnen deze aanpak leggen we ook nadruk op gezinsgerichte ondersteuning en het voorkomen van gezondheidsachterstanden op jonge leeftijd. Het versterken van de samenwerking tussen het sociaal en medisch domein is hierin essentieel. Door vroegtijdig te signaleren en te handelen kunnen we ernstigere gezondheidsproblemen en maatschappelijke kosten op de lange termijn helpen voorkomen.

De komende jaren willen wij daarbij meer aandacht hebben voor gezondheidsverschillen tussen buurten en wijken om te zorgen dat iedereen mee kan blijven doen en de kloof tussen verschillende groepen verkleind kan worden. Doel is dat alle inwoners gezond kunnen zijn, ongeacht bredere sociale ongelijkheden zoals armoede, werkeloosheid en/of discriminatie. Dit vraagt naar onderzoek naar verschillen tussen wijken en buurten en maatwerk per buurt.

Een belangrijke partner in het uitvoering geven aan het doel dat meer inwoners de ervaren gezondheid als goed ervaren is de GGD. De GGD geeft uitvoering aan de Wet Publieke Gezondheid (wPG). De wPG richt zich op de zorg voor de gezondheid van de samenleving en risicogroepen. De wet onderscheidt collectieve preventie, infectieziektebestrijding en jeugdgezondheidszorg. Taken die hieronder vallen zijn onder andere het systematisch volgen en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van jongeren, volwassenen en ouderen, het geven van voorlichting, advies en instructie ten aanzien van gezondheidsbevordering en gezondheidsbedreigende aspecten en het bestrijden van infectieziekten inclusief bron- en contactopsporing.

Naast onze inzet om het aantal inwoners dat de landelijke beweegnorm haalt (zie link), zetten wij in op een ketenaanpak voor kinderen en jongeren met overgewicht en nemen we hun omgeving hierin mee. Met deze inzet en het aanbieden van informatie over gezonde voeding op scholen en bij risicogroepen willen wij eraan bijdragen dat er minder inwoners zijn met (ernstig) overgewicht.

Het vroegtijdig herkennen en (laagdrempelig) behandelen van inwoners met psychische problemen is noodzakelijk om de kwaliteit van leven en een groter gevoel van welzijn te bevorderen. In het verlengde hiervan is het noodzakelijk om ook aandacht te schenken aan suïcidepreventie, omdat veel van de sterfgevallen voorkomen kunnen worden. Dit is een nieuwe gemeentelijke taak per 2024. Preventieve maatregelen zoals vroegsignalering, tijdige ondersteuning en het creëren van een ondersteunend netwerk kunnen helpen om te voorkomen dat mensen in een crisissituatie komen. Praten over suïcide is vaak omgeven door taboes en stigma’s, wat het voor mensen moeilijk maakt om openlijk te praten en hulp te zoeken. Interventies die we gaan inzetten, zijn gericht op het vergroten van bewustwording van professionals die te maken hebben met deze kwetsbare doelgroep en risicogroepen, het aanbieden van laagdrempelige ondersteuning en het inzetten op maatschappelijke bewustwording door middel van campagnes.

Net als in de afgelopen jaren, zullen wij aandacht besteden aan preventie om verslavingen te voorkomen. Meer middelengebruik zorgt eveneens voor een minder hoge mentale gezondheid onder jongeren, terwijl we ook ervaren dat een minder hoge mentale gezondheid juist zorgt voor meer middelengebruik. Het streven is dat het middelengebruik onder jongeren stabiel blijft of lager wordt door de inzet van voorlichting en ervaringsdeskundigheid vanuit onze partners.

Gezond ouder worden- onderbouwing van de aanpak
Om ouderen te ondersteunen om langer gezond en zelfstandig te blijven wonen, zetten we in op een brede aanpak van gezondheidsbevordering en preventie. De gezondheidsmakelaar speelt hierin een belangrijke rol door het geven van trainingen en voorlichting aan inwoners en professionals, en het versterken van de verbinding tussen het sociaal en medisch domein.
Binnen de aanpak is valpreventie een belangrijk speerpunt. Gemeente Dronten zet in op een stevige ketenaanpak, onder gemeentelijke regie en in nauwe samenwerking met GGD Flevoland, paramedici, welzijnswerk en andere partners. We voeren valrisicotesten uit, bieden erkende interventies aan (zoals In Balans en Vallen Verleden Tijd), organiseren vitaliteitsbijeenkomsten, en benutten digitale samenwerkingstools zoals OZO Verbindzorg. Daarnaast zetten we, waar nodig, in op het creëren van een veilige woonomgeving – bijvoorbeeld door woningaanpassingen en het gebruik van hulpmiddelen – om de kans op valincidenten verder te verkleinen.

Met deze aanpak bevorderen we vitaliteit, voorkomen we zorguitval en dragen we bij aan een samenleving waarin ouderen veilig, gezond en zelfstandig thuis kunnen blijven wonen.

Daarnaast werken we in samenwerking met GGD Flevoland aan het in beeld brengen van het preventielandschap rondom dementie. Het doel is om Dronten weerbaar te maken voor de gevolgen van dementie en gezamenlijk te verkennen waar versterking in het netwerk en de ondersteuning mogelijk is.

Een gezonde leefomgeving- onderbouwing van de aanpak
De samenwerking bevorderen tussen het fysiek en sociaal domein wordt steeds belangrijker en ook hier wordt de GGD steeds vaker bij betrokken ter bevordering van een gezonde leefomgeving.  Zo werken wij samen aan een Hitteplan, om de gezondheid van kwetsbare groepen, zoals ouderen, te beschermen tegen de negatieve effecten van extreme hitte, die kunnen leiden tot gezondheidsproblemen zoals uitdroging, hitteberoerte en hart- of ademhalingsproblemen​. In het verlengde hiervan zetten we actief in op huidkanker preventie samen met GGD Flevoland en KWF om te zorgen dat er meer bewustwording ontstaat voor inwoners die risico lopen op huidkanker en waar mogelijk de cijfers minder hard te laten stijgen.

Dit doen we door het aanbieden van informatie, inzet op bewustwording en de oriëntatie op mogelijke aanpassingen in de fysieke leefomgeving, zoals de inzet van schaduwplekken en zonnebrandcrèmevoorzieningen.

1.2.2 Verbinding leefomgeving en samenleving

Waar we werken aan een uitvoeringsprogramma om Gezond samenleven te versterken, is er een onlosmakelijke verbinding tussen de leefomgeving en de samenleving.

De inrichting van de buurt draagt bij aan de manier waarop mensen bewegen, elkaar ontmoeten, naar voorzieningen als de arts en supermarkt kunnen, activiteiten ondernemen en over een passende woonruimte beschikken. Het beïnvloedt ook in hoeverre inwoners naar elkaar omzien en voor elkaar zorgen. De gemeente Dronten wil een hechte samenleving voortbouwen in een groene omgeving en de nadruk leggen op het ‘welzijn’ van inwoners en hiermee bouwstenen aanreiken waarin bewoners zelf hun geluk creëren.

Dit vraagt ook om voorzieningen die bijdragen aan de samenleving. Een voorzieningenbeleid speelt een cruciale rol in het bevorderen van zowel kansengelijkheid, bestaanszekerheid als een gezonde samenleving:

  • Kansengelijkheid: toegankelijke voorzieningen zoals onderwijs, openbaar vervoer en sportfaciliteiten zorgen ervoor dat iedereen, ongeacht achtergrond, gelijke kansen heeft op ontwikkeling en participatie;
  • Bestaanszekerheid: basisvoorzieningen zoals huisvesting, gezondheidszorg en voedselbanken ondersteunen mensen in hun dagelijkse behoeften en bieden stabiliteit, vooral voor kwetsbare groepen;
  • Gezond samenleven: recreatieve ruimtes, sportmogelijkheden en ontmoetingsplekken dragen bij aan fysieke en mentale gezondheid en versterken sociale cohesie binnen gemeenschappen.

Vanuit de drie verschillende opgaven zal nog beter in kaart gebracht moeten worden welke ondersteuning er vanuit maatschappelijk vastgoed beschikbaar is en wat eventueel aanvullend nodig is.  Maatschappelijk vastgoed is in die zin faciliterend aan de leefomgeving.

Daarnaast hebben onze inwoners en professionals aangegeven behoefte te hebben aan uitnodigende buitenruimtes waar mensen samen kunnen komen voor ontmoeting en beweging, bijvoorbeeld door initiatieven vanuit de samenleving een impuls te geven (Zie link).

In 2023 is de visie ‘richting aan groei’ vastgesteld door de gemeenteraad van Dronten. Met deze visie wordt de ambitie om te groeien naar 60.000 inwoners in 2050 vastgelegd. Belangrijk uitgangspunt is daarbij dat we bouwen aan een samenleving. Niet de stenen vormen de basis, maar de sociale structuren.  Gemeente Dronten kiest er dan ook bewust voor om vanaf de start van nieuwe groeilocaties, of dit nu gaat om inbreidingslocaties of nieuwbouwlocaties naast de traditionele input voor gebiedsontwikkeling gericht op ondermeer water, groen, duurzaamheid en mobiliteit, ook de uitgangspunten die bijdragen aan sociale cohesie en een leefomgeving waarin ruimte is voor bewegen en ontspanning te integreren in de ontwikkeling van deze gebieden. Hierbij is ook oog voor de fysieke inrichting die ruimte voor ontmoeting stimuleert, het bijdragen aan een goede balans tussen inwoners met meer en minder veerkracht en draagkracht en de aanwezigheid van voorzieningen.

De Omgevingswet, die vanaf 2024 in werking is, verbindt de samenleving door burgerparticipatie te bevorderen, lokale verantwoordelijkheid te versterken en regelgeving te vereenvoudigen. De wet integreert diverse thema’s zoals ruimtelijke ordening, milieu en duurzaamheid, wat bijdraagt aan een begrijpelijke en inclusieve aanpak. Met het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) worden procedures sneller en toegankelijker.  Gemeenten worden gestimuleerd om beleid beter af te stemmen op lokale behoeften, waardoor de verbinding tussen overheid en samenleving wordt versterkt. Om die reden maken we het nieuw sociaal domein beleid mét de samenleving en bovenal adaptief. Dit om in lijn met de omgevingswet te streven naar een actieve samenwerking tussen overheid en burgers voor een leefbare en duurzame omgeving. Toch zijn er uitdagingen. Veel burgers zijn onvoldoende bekend met de mogelijkheden van de Omgevingswet, en niet iedereen heeft gelijke toegang tot middelen, kennis of tijd om deel te nemen. Ook blijkt het DSO in de praktijk soms complex te gebruiken. De Omgevingswet biedt dus veel kansen voor samenwerking en een duurzamere, inclusieve leefomgeving, maar vereist blijvende aandacht voor inclusiviteit, bewustwording en ondersteuning om deze doelen te realiseren. Hiervoor dient in het adaptieve beleid aandacht te zijn.

De gemeente Dronten telt op dit moment circa 44.500 inwoners, waarvan ongeveer 13% tussen de 15 en 24 jaar oud is – een groep van circa 5.800. Deze substantiële groep jongeren vormt een belangrijk onderdeel van de Drontense samenleving. Toch ervaren jongeren, zowel lokaal als landelijk, dat hun stem onvoldoende wordt gehoord in het beleid dat hen direct raakt, zoals wonen, mentale gezondheid, onderwijs en leefomgeving.

Landelijke onderzoeken tonen aan dat jongeren zich vaak niet vertegenwoordigd voelen: 76% geeft aan zich niet goed vertegenwoordigd te voelen in de politiek en slechts een minderheid voelt zich betrokken bij besluitvorming (Youngworks, 2023; SCP, 2024). Dit leidt tot een afname van vertrouwen in de overheid, een grotere afstand tot de politiek en minder betrokkenheid bij hun directe leefomgeving.
Jongeren beschikken over waardevolle ideeën, energie en perspectieven, maar traditionele vormen van participatie sluiten vaak niet aan op hun leefwereld. Zonder gerichte inzet dreigt hun stem structureel onderbelicht te blijven in beleid en besluitvorming.
Het Jongerenpanel Dronten biedt een passende en structurele reactie op dit vraagstuk. Het is een laagdrempelig platform waar jongeren van 15 tot 24 jaar hun stem kunnen laten horen en actief mee kunnen denken over gemeentelijk beleid. Deze vorm van participatie sluit aan bij de gemeentelijke visie op inwonersbetrokkenheid, waarin staat dat participatie moet bijdragen aan de kwaliteit van beleid en dat verschillende invalshoeken en belangen vertegenwoordigd moeten zijn. Door jongeren via het Jongerenpanel actief te betrekken, versterken we hun betrokkenheid bij de lokale gemeenschap, stimuleren we burgerschapsvaardigheden en bouwen we aan een inclusieve participatiecultuur waarin alle generaties meedoen en zich vertegenwoordigd voelen.

De Adviesraad Sociaal Domein (ASD) Dronten speelt een belangrijke rol in het verbeteren van de sociale cohesie en leefbaarheid binnen de gemeente. De raad adviseert de gemeente over vraagstukken binnen het sociaal domein, met als doel een inclusieve samenleving waarin alle inwoners de kans krijgen om actief bij te dragen aan hun buurt en gemeenschap. Burgerinitiatieven worden vaak opgezet door sociaal-economisch sterke groepen, terwijl juist kwetsbare inwoners – zoals ouderen, migranten en mensen met een laag inkomen – het meest gebaat zijn bij een hechte en betrokken gemeenschap. Het ASD ziet het als taak om deze groepen actief te betrekken en barrières weg te nemen die hun deelname belemmeren.

Doel vastgesteld door de raad: Inwoners leven in een gezonde leefomgeving

Uitwerking doel: Meer inwoners ervaren de eigen gezondheid als goed

Probleem/aanleiding: De gemeente Dronten staat voor de uitdaging om de gezondheid en het welzijn van haar inwoners te verbeteren te midden van complexe vraagstukken zoals vergrijzing, toenemende chronische aandoeningen, mentale gezondheidsproblemen, sociaal-economische gezondheidsverschillen, en de impact van milieufactoren, terwijl tegelijkertijd de zorgkosten stijgen en de toegankelijkheid van zorg onder druk staat.

ResultaatIndicator op resultaatBron
Het aantal inwoners met overgewicht daaltVolwassenen en kinderen met matig tot ernstig overgewichtGezondheidsmonitor-Volwassenen en Ouderen GGD en Gezondheidsmonitor jeugd GGD  
Inwoners zijn zich bewust van de gevaren van huidkankerAantal inwoners dat voelt dat goed geïnformeerd is over de gevaren van huidkankerAfspraken met maatschappelijke partners
Minder inwoners die gezondheidsklachten ervaren door hitteAantal inwoners dat weet wat gedaan kan worden bij hitte neemt toeAfspraken met maatschappelijke partners
Een stijging van het aantal inwoners dat de mentale gezondheid als goed ervaart% inwoners dat de mentale gezondheid als slecht ervaart (jongeren en volwassenen)gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen GGD en Gezondheidsmonitor jeugd GGD
Ouderen kunnen zo lang mogelijk zo zelfstandig mogelijk functioneren  
Het aantal inwoners met een verslaving aan middelen blijft stabielAantal inwoners dat is geïnformeerd over risico’s bij middelengebruik    Afspraken met maatschappelijke partners
Het dierenwelzijn is in de gemeente Dronten toegenomen  
Er is maatschappelijk vastgoed beschikbaar om de doelstellingen vanuit de drie opgaven te behalenQ1 2026 is voorzieningenbeleid ingebed in de organisatieAfspraken met maatschappelijke partners
Bij aanpassingen in de fysieke omgeving voorwaarden gecreëerd voor het bouwen van een hechte en gezonde samenleving  
De organisatie van de openbare gezondheidszorg is geregeld  en de gezondheid van de bevolking wordt beschermd en bevorderd Uitvoerings-programma van de GGD
Jongeren leveren input op beleid en projecten die invloed hebben op hun leefomgevingAantal onderwerpen waar het Jongerenpanel input op heeft geleverd   Aantal samenwerkingen tussen participatietrajecten en het jongerenpanel

Cijfers van ambassadeur jongerenpanel